Op 1 september 1959 opende een nieuwe school voor voortgezet onderwijs haar deuren in Zwolle. Met 85 leerlingen en slechts drie docenten was het een klein gezelschap. Anno 2020 is deze school uitgegroeid tot een flinke professionele organisatie die elke dag onderwijs verzorgt voor meer dan 2400 leerlingen.

Nadat onenigheid binnen de Gereformeerde Kerken had geleid tot de Vrijmaking in 1944 was er de wens van vele ouders om de eenheid tussen kerk, gezin en school te herstellen. Onder leiding van enkele predikanten werd een comité in het leven geroepen met als doelstelling het realiseren van een ‘eigen’ school. De oprichtingsvergadering in november 1956 werd gehouden in een pand in de Mandjesstraat achter de Plantagekerk. Zo startte de gereformeerde school voor Meer Uitgebreid Lager Onderwijs (MULO). De eerste directeur, Klaas Nolles, was volgens oud-leerling Tiem Pruim een in het oog springende persoonlijkheid. ‘Elke morgen kwam hij met de auto, een Renault Dauphine, op school. Dat was in die tijd heel bijzonder en wij als jongens hadden daar dan ook oog voor’.

De eerste jaren werd het onderwijs verzorgd vanuit houten noodlokalen aan de Hortensiastraat. In de daaropvolgende jaren kwamen er nieuwe locaties bij met als gevolg dat docenten zich moesten verplaatsen door de stad. In 1961 kwam hier voorlopig een eind aan toen aan de Dennenstraat een gloednieuw gebouw werd betrokken. Vanwege het toenemend aantal leerlingen werd er een bijgebouw geplaatst op het schoolplein, door de leerlingen geduid als de bungalow. Anne Petter was één van de docenten die lesgaf aan de Dennenstraat en de sfeer tijdens docentenvergaderingen als volgt typeerde: ‘Tijdens het beoordelen van de leerlingen voor gedrag en vlijt stonden de sigaren en sigaretten op tafel. In de avonduren kwam dan de vrouw van de directeur om slaatjes en kroketten te brengen’. Het geeft de saamhorigheid van toen treffend weer.

In 1968 kreeg onderwijzend Nederland te maken met de Mammoetwet. De gereformeerde MULO werd hierdoor een MAVO en in 1974 werd de school uitgebreid met een HAVO-afdeling. De leiding van de nieuwe scholengemeenschap kwam in handen van de Groninger Anne Poortinga. Hij was een man van orde en discipline en dat liet hij in de school ook merken. Voor hem gold: orde en boek uit. Een leerling die zich misdragen had kon hij bulderend toespreken waardoor de jeugdige zondaar het voorlopig wel uit zijn hoofd zou laten om weer de fout in te gaan.

Onder zijn leiding groeide de school aan het begin van de jaren tachtig verder en doordat er ook een LBO-afdeling aan de school werd toegevoegd ontstond de behoefte aan praktijklokalen. Daarom werden er plannen gemaakt voor nieuwbouw. Midden in de weilanden van Zwolle-Zuid werd een geschikte bouwlocatie gevonden en verscheen in april 1983 het eerste gedeelte van het nieuwe schoolgebouw. Twee jaar later werd het hele onderwijs van Greijdanus verzorgd op de huidige locatie aan de Campus.

De traditionele schoolcultuur veranderde in deze periode onder invloed van rector Kars Veling. Docenten werden gevraagd om te professionaliseren door nascholing, er werd bewust werkgemaakt van de identiteit van de school en er kwam een medezeggenschapsraad. Aan het einde van de jaren negentig kwam de school in het kader van de Tweede Fase (vernieuwing bovenbouw HAVO/VWO) te boek te staan als voorhoedeschool. Allerlei vernieuwingen werden ingevoerd, waaronder het Begeleid Zelfstudie Uur (BZ-uur). Ook de oude MAVO verdween door de invoering van het VMBO. Deze vernieuwing had nogal wat verbouwingen tot gevolg om het onderwijs adequaat vorm te kunnen blijven geven.

Op dit moment is Greijdanus een bloeiende leer- en leefgemeenschap. Elke dag komen leerlingen uit de wijde omtrek naar de Campus om gevormd te worden in de lessen maar zeker ook daarbuiten via excursies, projectdagen en de reizen naar het buitenland.

Drs. Bert Jan Hartman – Docent geschiedenis Greijdanus Zwolle

WhatsApp
Share
Tweet
Share
Email