Greijdanus is in 1959 gestart als een Gereformeerd-Vrijgemaakte school vanuit de behoefte aan een verbinding tussen kerk, school en thuis. Met 3 collega’s van Greijdanus Hardenberg spreken we over de ontwikkeling van Greijdanus in deze 60 jaar en over de identiteit en hoe we deze vorm geven binnen Greijdanus. Dit doen we met vestigingsdirecteur Chris van der Meulen, godsdienstdocent Jurrian Fahner en gymdocente Annemarie van den Brand.
Willen jullie jezelf even voorstellen?
Chris: Na mijn opleiding aan de PABO ben ik gaan werken in het speciaal onderwijs. Sinds 2015 ben ik als vestigingsdirecteur verbonden aan Greijdanus Hardenberg. Elke dag is het een feest om de leerlingen in en uit de school te zien gaan en unieke situaties in het reilen en zeilen van de school mee te maken.
Jurrian: Na mijn studie Theologie ben ik in 2006 begonnen als docent op Greijdanus. Op dit moment geef ik godsdienst en klassiek talen. Ik vind het fijn om op deze school werkzaam te zijn. Ik ben in de omgeving opgegroeid en kan zelfs het dialect verstaan.
Annemarie: Inmiddels ben ik 10 jaar werkzaam bij Greijdanus. Na mijn opleiding aan de ALO wilde ik heel graag werken op Greijdanus vanwege de identiteit, dat is gelukt. Ik ben niet alleen werkzaam als gymdocente, maar ik ben ook actief als mentor en zit in diverse commissies. Eén daarvan houdt zich bezig met het meedenken over het uitbreiden van keuzes voor leerlingen, zodat het leerproces zoveel mogelijk van de leerling zelf is.
Hoe geven we de identiteit vorm op Greijdanus?
Chris: Onderwijs is meer dan alleen les geven.We hebben binnen Greijdanus zeven waarden waaruit we werken. Die zeven waarden zijn: Christus volgen, Groeien, Samen, Dienstbaar, Verantwoordelijk, Genieten en Verschil. De waarde Christus volgen komt o.a. tot uiting in de vieringen die wij op school hebben, in de dagopeningen en in het vormingsdocument. Naast een diploma willen we onze leerlingen ook laten ontdekken wie ze zijn in relatie tot God, de ander en de wereld om ons heen. De persoonlijke ontwikkeling van leerlingen vinden we heel belangrijk. Dit leggen we vast in een vormingsdocument. We organiseren op school ook de Grote Avond, dit is een groot theaterspektakel. Alle jaarlagen werken hier aan mee, op basis van de waarden verschil en samen! Prachtig om het resultaat daarvan te mogen zien. Dit zijn slechts een paar voorbeelden waarbij we de waarden toepassen maar eigenlijk zit het verweven in de hele school en in alles wat we doen.
Jurrian: In de lessen starten we de dag met een dagopening. Dit is door de beperkte kerkdiensten, als gevolg van Corona, nog belangrijker geworden. De enige plek waar jongeren in groepsverband nog iets verteld wordt over Jezus is op school. Tegelijkertijd is het ook mijn dagopening. Ik sta onder hetzelfde woord. Ik ben één van hen bij het gebed. Ook vind ik het belangrijk variaties in dagopeningen aan te brengen. Niet alleen een stuk tekst voorlezen maar ook, als de sfeer goed is, voorbeden te verzamelen en uit te spreken.
Hoe geven we de identiteit vorm in de les?
Jurrian: Bij de lessen klassieke talen gebruiken we bijvoorbeeld de expert methode. Elke leerling krijgt een deeltaak (wordt ‘expert’), een onderdeel van een complete taak. Door het uitwisselen van deeltaken moeten alle leerlingen uiteindelijk expert worden van de complete taak. Dit doen we bijvoorbeeld door een stuk tekst op te delen in regels. Elke leerling krijgt een aantal regels. Door de tekst in het juiste tempo te behandelen, moet elke leerling ervoor zorgen dat iedereen haar stukje begrijpt. Daarmee ben je dienstbaar aan je medeleerling. De leerling vraagt aan het eind van haar bijdrage aan de overige groepsleden: ‘wie heeft er nog iets wat nog niet duidelijk is?’ Het doel is dat de leerling de controlevraag zó formuleert dat andere leerlingen zich uitgenodigd voelen om verdere opheldering te vragen. Zo zorgen leerlingen voor een gelijkwaardige omgang met elkaar. Doelbewust christelijk lesgeven vanuit naastenliefde. We maken elkaar beter, dat kan in elke les.
Annemarie: Tijdens de gymlessen gebruiken we de 7 waarden van Greijdanus. Bijvoorbeeld de waarde verschil. Met verschillen moet je rekening houden, zeker binnen teams. Maar je doet het ook samen. In de les benoem ik dat ook, je moet samenwerken ondanks de verschillen (sneller of beter). Je bent niet alleen en je moet elkaar accepteren. Ook dienstbaar zijn komt aan bod. Om resultaat te bereiken moet je elkaar helpen, help eerst de ander voordat je jezelf helpt. Soms laat ik bijvoorbeeld een balsport drie keer spelen. De eerste keer mag je laten zien wat je kan, je mag je talent laten zien. De tweede keer geef je de ander de kans, dus je speelt de bal over. De laatste keer overleggen de leerlingen met elkaar wat ze nog moeten oefenen en proberen ze zo kansen voor elkaar te creëren. Je profiteert dus optimaal van elkaars talent.
Greijdanus bestaat 60 jaar, wat valt je dan op?
Chris: Volgens mij is het grootste verschil dat we meer met de ogen van de leerling zijn gaan kijken. We zijn veel meer gericht op de ontwikkeling van de leerling. Niet meer ‘consumerend leren’ maar juist ‘zelfregulerend leren’. De persoonlijke ontwikkeling is belangrijk geworden. De identiteit is meer onderdeel van alle dagelijkse gang van zaken geworden en daarmee volledig geïntegreerd in de dagelijkse praktijk. Het is meer zichtbaar geworden in de ‘haarvaten’ van de organisatie. Van mooie verdiepende gesprekken tijdens de lessen, van een Grote Avond tot aan leerlingen die na schooltijd nog aan het werk zijn. Ook de pauzes gaan prima zonder veel toezicht. Deze cultuur is zo gegroeid, oudere leerlingen participeren daarin. Dienstbaarheid en verantwoordelijkheid door leerlingen.
Jurrian: Opvallend vind ik het dat toen ik in 2006 begon er veel meer leerlingen de les uitgestuurd werden. Nu veel minder. We willen er zijn voor de leerlingen en die merken dat ook. We steunen op elkaar als collega’s, we hebben het ook goed met elkaar. Dingen worden uitgesproken en ook goed opgelost.
Annemarie: Doordat we de verschillende waarden zo kort en bondig hebben omschreven, gebruik ik dit wat sneller bij de les om het even te benoemen. Vooral bij de gymlessen komen er veel situaties voor waarbij je dit bespreekbaar kan maken of even kort benoemt zoals: ‘Wat mooi dat je iemand helpt!’
Wat is je na al deze jaren bijgebleven?
Chris: Ik herinner mij een interview met Elsevier (de speciale editie over de Reformatie in het februarinummer uit 2017), daarin gaven ze aan dat Greijdanus een fijne plek is om te zijn en om te leren. Dat vind ik een groot compliment.
Jurrian: Van stagiaires krijg ik te horen dat Greijdanus een school is waar je, anders dan in de maatschappij, fouten mag maken. Niet alles hoeft goed te gaan. Ook in mijn eigen lessen merk ik dat. Het is soms zoeken naar de juiste vorm. Diepgang en vuur wisselt af met vastlopen en ‘hoe kom ik verder?’. Dan is het fijn als je dat kunt delen met collega’s. En dan gaat het soms in één keer beter: dat ontvang je, het gebeurt!
Wat is het belangrijkste wat je de leerling mee wilt geven?
Chris: Ieder mens is kind van God. Zoals mijn zoon van 6 altijd zegt: ‘Slechte mensen bestaan niet!’. Slechte mensen bestaan niet, we zijn niet volmaakt, maar er wordt van ons gehouden. Dat moet je voelen!
Jurrian: Geliefd zijn, ondanks alles!
Annemarie: Accepteer de ander hoe die is. Ook al is de één beter in een bepaald onderdeel dan de ander, je moet samenwerken om je doel te behalen. Iedereen moet de kans krijgen om te leren. Profiteer van elkaars kwaliteiten en versterk elkaar daarin. Voorwaarde is wel: een goede en veilige sfeer in de klas, dat gaat voor.
Wat krijg je terug?
Chris: Ik zie dat docenten met hart en ziel lesgeven, zoveel meer geven dan alleen een ‘lesje draaien’, dat maakt voor mij de school zo bijzonder. Daarom zit ik hier. De juiste toon naar leerlingen, de verbondenheid van docenten met hun leerlingen dat vind ik zo mooi om te zien en mee te maken. Daar wil ik bij horen!
Annemarie: Dat leerlingen waarvan ik weet dat ze in het verleden gym verschrikkelijk vonden toch ervaren dat het ook leuk kan zijn. Je mag bij gym zijn wie je bent en je mag verwachten dat je klasgenoten je meenemen in het spel. We doen dingen samen! Hier ben ik in de les ook erg alert op. Het is fijn om te zien dat leerlingen minder tegen de gymles opzien, zich zekerder voelen bij de activiteiten en dat ze hun eigen grens kunnen opzoeken. Daar zie je ze van stralen.
Wat is voor jou het belang van de Vriendenstichting, waarom moet je vriend worden?
Chris: Als ouders kun je het niet alleen, school is een belangrijk onderdeel van de christelijke opvoeding. Jongeren ervaren liefde en genade op school. Het is mooi om te zien dat zoveel jongeren in aanraking komen met onze identiteit. Jongeren kiezen bewust voor deze school. Daar wil ik bij horen en ik gun dat elke school in Nederland.
Jurrian: Het belang van christelijk onderwijs wordt onderschat. We moeten het mogelijk maken dat elk kind hier naar toe kan gaan. Het is een belangrijke en liefdevolle investering in onze kinderen.
Annemarie: Vanwege de identiteit wil je graag dat je kinderen naar Greijdanus gaan, dan mogen vervoerskosten geen belemmering zijn. We delen met elkaar die identiteit laten we ook daarin naar elkaar omzien.